Het lot van de mens is dat hij oud en der dagen zat wordt tenzij de dood hem eerder voor is. In de maatschappij wordt met het stijgen van de jaren zijn toegevoegde waarde tot nul gereduceerd tenzij er nog iets te halen valt in geld en goederen. In het geval van hulpbehoevendheid zonder eigen bijdrage wordt de waarde zelfs negatief.
De oudere mens verwordt hierdoor tot kostenpost voor de AOW, Pensioenen en Zorg en legt bovendien nog beslag op huisvesting ook. Het is zelfs irritant dat hij zijn leven volgens de maatschappij al heeft voltooid maar zelf nog geen stappen heeft gezet op de weg naar het door sommige politici zo geprezen voltooid leven.
Het begrip oudere mens is echter subjectief. Als je jong bent is namelijk iedereen oud. Met het stijgen van de jaren wordt de subjectiviteit wat genuanceerd. Bij vijftig aan de tweede jeugd beginnen alsof iedereen honderd wordt en met pensioen uitgezwaaid worden als vitale 65 plusser. Daarna wordt je een ouwe taaie als je nog actief bent.
Gelukkig heeft de oudere mens wat meer levenservaring en dat leidt tot enige wijsheid. De ouderen van nu begrijpen namelijk dat de jongeren ooit hun lot zal treffen. Hiermee sluit de cirkel want ooit waren de ouderen ook jong. Deze kan alleen doorbroken worden via het gezegde: "Wie niet oud wil worden moet jong sterven."